Weinig zorg aan huis voor ouderen

 

Weinig zorg aan huis voor ouderen

De NOS publiceerde op 13 april jl. een enquête dat zij gehouden hebben onder ruim 350 huisartsen en wijkverpleegkundigen. Hieruit blijkt dat steeds meer ouderen vereenzamen, slecht eten en drinken, vaker vallen of sneller geestelijk achteruitgaan. Volgens driekwart van de huisartsen krijgen ouderen vaak te weinig professionele zorg aan huis en ook te weinig mantelzorg.

Ouderen moeten thuis blijven wonen, zelfredzaam zijn en hun eigen zorg organiseren. Dat betekent dat familie en buren meer moeten bijspringen. Artsen en wijkverpleegkundigen zien hiervan de negatieve gevolgen. De ondervraagden zeggen bijna allemaal dat familie onvoldoende kan helpen. Mantelzorgers zijn vaak al overbelast of wonen ver weg.

Wijkverpleegkundigen zijn dit jaar volledig aan de slag gegaan in de wijk en zij zijn zelf tevreden over de zorg die zij kunnen geven, hoewel de werkzaamheden beter op elkaar afgestemd moeten worden. Zij zien wel problemen met de algemene ondersteuning, zoals de huishoudelijke hulp en de hulp bij klussen in en rondom het huis. Ook de bezuinigingen bij de gemeente en de verzekeraars eisen hun tol, er is minder dagbesteding beschikbaar, Tafeltje-dekje wordt niet meer gesubsidiëerd en er worden minder aanpassingen in huis aangebracht. Dat betekent direct meer vereenzaming, slechter eten en meer kans op medische problemen.

Bron:
NOS, 13 april 2015

In het ideale plaatje
springen kinderen bij!